dinsdag 9 december 2014

Trijn, de musical!

Ik vind dat het onderhand toch wel een beetje tijd wordt. De hoogste tijd eindelijk. Kijk, ik ben natuurlijk een leuke vrouw met een boeiend leven. Ik houd een blog bij, heb een prettig en trouw lezerspubliek. Daarnaast heb ik drie jaar in München gewoond vanwaar ik binnenkort met een schat aan ervaringen terugkeer naar Nederland. En verder... tja, gewoon, om wie ik ben en omdat ik nog ontbreek in de lange lijst. Er zijn mindere godinnen geweest die deze eer ten deel is gevallen. Ik bedoel maar. 

Waar ik het over heb? Nou, gewoon. Over een musical. Ik zit al een tijdje op een telefoontje van Joop of Albert te wachten maar op onverklaarbare wijze hebben ze nog steeds niet gebeld. 'Trijn, de musical'. Ik zie het al helemaal voor me. Ik zag onlangs op tv dat er zelfs een musical over Kinderen voor Kinderen komt. Er zijn musicals gemaakt over zingende dronkelappen, weeskinderen, gebeurtenissen uit de geschiedenis en tegenwoordig wordt bijna iedere film ook als musical uitgevoerd. En kinderboeken, kinderseries, speelgoed, bands, crises. Er is ook een musical over de HEMA. Alles wat ook maar een beetje verhaal in zich heeft, wordt als musical op de planken gebracht. Ik vind dat een tenenkrommend verschijnsel. Waar hem dat nou precies in zit, daar krijg ik mijn vinger niet zo goed op. Een musical is een soort toneelstuk met zang en dans. Zelf heb ik weinig met dans. Ik ben een beetje een houten Klasien en voel me er daardoor altijd wat ongemakkelijk bij. Maar dat kan de oorzaak niet zijn. Ik hoef immers zelf niet mee te doen en ik hou bijvoorbeeld wel van ballet. 

Misschien komt het door mijn laatste jaar op de lagere school. Het is vaak traditie dat je dan met je klas een musical uitvoert. Wij deden dat natuurlijk eveneens en nog steeds ken ik enkele liedjes uit mijn hoofd. Ik kon als kind goed toneelspelen. Iedereen verwachtte dan ook dat ik de hoofdrol zou krijgen. Ik herinner me nog de spanning die ik voelde bij het verdelen van de rollen. Het feit dat ik slechts een bijrol kreeg sloeg in als een bom en niet eens alleen bij mij. Ik begreep er niets van. Later hoorde ik van mijn moeder, juf op de school waarop ik zat, dat een aantal collega's bang was voor klachten van ouders, dat ik als kind van de juf werd voorgetrokken. Een van de grote desillusies uit mijn jeugd. Daar heb ik wel een klein musical-trauma aan overgehouden, al is dat natuurlijk geen werkelijke verklaring voor mijn weerzin. 

Zelf ben ik in mijn leven drie keer naar een professionele musical geweest. Ik weet dus best waarover ik spreek. Zo zag ik ooit My fair lady, omdat ik zo van Paul van Vliet hield. Evenals het Spaanse graan, heb ik die orkaan doorstaan. Later zag ik Aïda, omdat alle leerkrachten in Nederland daar vrijkaartjes voor kregen en we daar met ons team een uitje van hadden gemaakt. Hair zag ik ook, een Amerikaanse hippymusical waarbij de acteurs voor de show het publiek in de zaal kwamen opzwepen. Moet je echt bij mij zijn, afschuwelijk. Ik zat als versteend in m'n stoel. En na afloop, dat ik maar niet durfde vragen of die mensen nou werkelijk allemaal naakt op dat podium stonden of dat het was wat ik wilde zien. Daar lachen we nu nog wel eens om. Ondanks het feit dat alle musicals een mooi verhaal hadden en zeer professioneel werden uitgevoerd, kon het me uiteindelijk allemaal niet echt bekoren.  

Op zich ben ik toch een groot liefhebber van kunst en cultuur. Als ik de uitagenda in de krant zie, dan kriebelt het aan alle kanten. Exposities, concerten, cabaret, toneel, goede films. Altijd kom ik tijd en geld tekort om te zien wat ik allemaal zou willen zien. Maar met zo'n musical maak je me dus niet blij. Ik heb er gewoon niets mee. Als ik de reclames voor de musicals zie, begin ik me al te ergeren. Mijn afkeer zit dan ook diep. Maar mijn ergernis zit hem vooral in het volgende. De commerciële belangen druipen eraf. Het wordt allemaal zo uitgemolken. Daar hou ik sowieso niet van. Het verwordt tot een trucje, waarmee in korte tijd zoveel mogelijk geld verdiend moet worden. Minder is meer dat is in de wereld van het entertainment een onbekend verschijnsel. Dat heeft toch helemaal niets meer met ware kunst te maken? Voor mij zijn musicals een uiting van de wansmaak van de massa. En het is op de een of andere manier allemaal zo Amerikaans. Een enerverende eenheidsworst. Als ik zo'n acteur die Billy Elliot speelt bij De wereld draait door zie dansen vind ik dat echt razend knap, begrijp me goed. Ik heb heus respect voor het professionele aspect. Maar ik heb er niks mee. Ach, gelukkig is er nog zoiets als keuzevrijheid en hoef ik er niet naartoe.

Bij nader inzien denk ik dat het allemaal de schuld is van The sound of music. Ik heb een Sound of music-complex. Als kind mocht van mij de vlag uit, als tijdens oneindig trage zondagmiddagen eindelijk het 'Climb every mountain' bij ons in de huiskamer klonk en ik veilig weer naar beneden kon komen. In mijn leven, pakweg tussen mijn 7e en 30e, heb ik ongeveer twaalf pogingen gedaan, maar ik heb de film nooit kunnen uitkijken. Iedere keer als de gouvernante en de tig kinderen Von Trapp op die trap staan te zingen, haak ik vertwijfeld af. Inmiddels heb ik geaccepteerd dat ik de Sound of music nog nooit tot een goed eind heb weten te brengen. Begrijp me goed, ik ben geen zuur mens, maar ik kreeg daar als kind dus al jeuk van. Er zal ook zeker een echte theatermusical van zijn. Waarschijnlijk zo een die al zestig jaar loopt al heb ik geen idee natuurlijk.

En dat er zelfs van een serieus iets als het dagboek van Anne Frank een musical gemaakt moest worden, vond ik toch wel het toppunt. Ik kan me daar met terugwerkende kracht boos om maken. Nee, sla mij dan maar even over. Degene die dat bedacht heeft moet toch vooral eurotekens in z'n hoofd hebben. Ik kan de musicalagenda voor volgend jaar al enigszins voorspellen: Lingo de musical, Albert en Onno de musical, Zwarte Piet de musical, Facebook de musical, Rutte 2 de musical, Ebola de musical, MH17 de musical... Over goede smaak valt te twisten.

woensdag 3 december 2014

echt HEMA

Het gaat niet goed met de HEMA. In alle nieuwsberichten op de radio hoor ik vandaag verontrustende berichten. Wordt dit geen self-fullfilling prophecy, als er zo wordt rondgebazuind dat het niet goed gaat? Dan denken veel mensen dat er geen redden meer aan is en blijven ze alsnog weg. Resultaat: de HEMA failliet en verdwenen uit het Nederlandse straatbeeld. Wat zou dat vreselijk zijn. Ik begrijp er helemaal niets van. De eerste negatieve geluiden over Zwarte Piet mondden meteen uit in een nationale discussie want Zwarte Piet is toch hartstikke Hollands en mag niet verdwijnen. Op de social media werd meteen een pietitie gestart zodat je je ongenoegen kon uiten. Ik heb echter nog geen actiegroep 'red de HEMA' gezien. Daarom start ik die maar via mijn blog. Want dat kan toch helemaal niet? Waar halen we dan onze onderbroeken, tompoezen en rookworst? 

Zo lang ik leef, bestaat de HEMA al en ik zou niet zonder kunnen. Of vooral niet zonder willen. Als kind ben ik een keer verdwaald en dat was in de HEMA in Stadskanaal. Een gigantische winkel voor een klein meisje van zes. Ik werd omgeroepen en na vijf benauwde minuten sloot m'n moeder een huilende Trijn liefdevol in haar armen. Voor de schrik kreeg ik een kleurboek. Ik herinner me bovendien nog precies welke winterjas we die middag voor me gekocht hebben. Een rode, met rood-witte streepjes aan de voorkant. Toch heb ik nooit een trauma aan de HEMA overgehouden. De HEMA was er altijd, voor kinderpyjama's, speelgoed, later schoolspullen. Sinterklaas koopt ook al zo lang ik leef bij de HEMA en hij komt altijd met leuke bruikbare spullen. De HEMA gaat namelijk erg met de tijd mee en is nooit oubollig. 

Ik herinner me nog goed dat we een jaar of acht geleden hoorden dat er een HEMA zou openen bij ons in het dorp. Eindelijk voelden we ons als dorp volwaardig, want als je een HEMA hebt, dan tel je mee natuurlijk. Op de tennisclub spraken we met enkele dames af, dat we elkaar de ochtend van de opening om 10.00 uur zouden treffen in de koffiecorner voor koffie met gebak. Toen we de volgende ochtend de HEMA binnenstapten, bleek deze helemaal geen koffiecorner te hebben. Laat staan gebak! Onze desillusie was groot maar onze lach schalde door de hele winkel. Het bleek de kleinste HEMA van Nederland. Die werd echter zo'n succes dat de winkel al gauw uit z'n jasje groeide en elders in het dorp een groter pand tot z'n beschikking kreeg. Zonder koffiecorner, maar met gebak. 

Iedere keer als we in Nederland zijn, dan gaan we even langs. Voor nieuwe sokken, oorwattenstaafjes, kaarsen, theedoeken, koffiebonen, tumtummetjes. En natuurlijk de tig impulsprodukten die nog in het mandje verdwijnen. Ik dacht altijd dat de HEMA op ons alleen al kon overleven maar dat is dus helaas niet waar. En terwijl ik dit zit te tikken, is er in het nieuws alweer een nieuw bericht over de HEMA, want het schijnt dat Sinterklaas zijn inkopen dit jaar veelvuldig online heeft gedaan en dat veel van de geschenken niet op tijd geleverd zullen worden. Rommel de bommel, wat een gestommel. Ik noem het de HEMA-hetze. Er zit vast iemand bij het ANP die nog een appeltje met de HEMA te schillen had. Dat trek ik hier dan wel weer even recht. Welke Nederlandse winkel voelt vertrouwder dan de HEMA? Er zijn er maar weinig te noemen. 

Laten we er toch even goed bij stilstaan mensen. Als een typisch Hollandse winkelketen als de HEMA verdwijnt, komt deze nooit meer terug. Althans niet in z'n huidige vorm. Dat is toch eeuwig zonde? En het kan toch niet zo zijn, dat we dan naar het buitenland moeten, om sokken, Jip en Janneke-spulletjes of stroopwafels te kopen. In het buitenland schijnt de HEMA het namelijk wel heel goed te doen. Dat is toch de omgekeerde wereld?! We schatten dat wat we hebben niet genoeg op waarde. Veel mensen zijn zich te weinig bewust van de gevolgen voor de middenstand van het meer en meer kopen op internet. Je ziet dat grote ketens daardoor ook in moeilijkheden raken, ook al kun je daar eveneens online kopen. Laat de meest Nederlandse winkel daarom niet in de kou staan. En jezelf ook niet trouwens. Nog handschoenen nodig? Een muts en een sjaal? De HEMA heeft dat allemaal. 

Papieren zakdoekjes, drop, zeep, gordijnen, koffiebekers, inpakpapier, schriften, pennen, wekkers, beddengoed, fotolijstjes, bandplakspullen, pleisters, kindermaillots, regenlaarsjes, boeken, wijn, badjassen, glazen, sapcentrifuges, snijplanken, bestek en ga zo maar door. Er is weinig dat de HEMA niet heeft. Bijdetijds en toch zo lekker gewoon, net als wijzelf.  

Ik las ooit in de Libelle een interview met Joep van Deudekom (NUHR, de Quiz). Hem werd gevraagd op welk type vrouw hij viel en wat ze moest dragen. Hij antwoordde dat hij op pure vrouwen viel en dat hij die liever in wit HEMA-ondergoed zag dan in sexy lingerie. Wat een (h)eerlijk antwoord. Een man naar mijn hart. Ik wist meteen dat Joep deugde. Meer zulke mannen.  

Daarom dames, allemaal naar de HEMA. En alle heren ook natuurlijk. En als jullie er dan toch zijn, kijk dan even goed rond en neem er eventueel nog een tweede mandje bij. Het kost toch allemaal geen drol, want de HEMA is hartstikke betaalbaar, zonder overigens goedkoop te zijn. Belangrijk detail. En je mag jezelf best belonen met een lekkere tompouce voor bij de koffie. Die van de HEMA zijn immers het lekkerst. En dan mag je ook nog hemamaal zelf weten hoe je die eet. Heerlijk Hollands voor (h)eerlijke prijzen. Echt HEMA!

dinsdag 2 december 2014

Verslag van een slapeloze nacht

Na Pauw nog even het Journaal kijken en dan klaar maken om naar bed te gaan. Hier thuis is dat op doordeweekse dagen redelijk routine. Een routine waar ik gisteren weer eens mijn vraagtekens bij zette. Meestal word je er niet blij van en het is wellicht ook niet zo mindfull. Ik zag een vluchtelingenkamp in Syrië. Kinderen die er rondliepen op blote voeten, terwijl het al winter werd. Het werkelijke nieuwsfeit was dat de VN de voedselhulp opschort. Die voedselhulp was de enige vorm van hulp die deze mensen kregen. Veel landen hebben de toegezegde gelden niet overgemaakt, waardoor een enorm financieel tekort dreigt. De vluchtelingen worden daar vrijwel direct het slachtoffer van, terwijl ze al slachtoffer waren. 



Ze hadden beter het Sinterklaasjournaal kunnen herhalen, concludeerde ik bitter. Ik was geraakt door de beelden en nam ze mee naar bed. Een rusteloze nacht volgde. Het is natuurlijk niet nieuw. Als we ons permanent bewust zouden zijn van alle leed in de wereld zouden we nooit meer een oog dicht doen. En dan alle misstanden dichtbij. De storm met de ouderen in verzorgingstehuizen is weer even geluwd maar er is natuurlijk nog steeds niets veranderd aan de troosteloze situatie voor veel van deze mensen, die hun leven lang hard gewerkt hebben om een Nederland te maken dat momenteel in hoog tempo te gronde wordt gericht. De spagaat van van Rijn, die tijdens een gesprek bij Pauw over dit thema maar geen zoon durfde te zijn maar teveel politicus bleef, maakte dat onlangs pijnlijk duidelijk. Het gaat hier namelijk niet over een storm maar over een klimaatverandering. En we bevinden ons in die zin al jaren in een oneindige barre winter.

Inmiddels is het december en vaak zijn mensen dan wat ontvankelijker voor het lot van anderen en het leed in de wereld. Terwijl ze zelf kapitalen uitgeven aan dure cadeaus en een decadente dis. Wat kun je doen. Signaleren, de dingen zien zoals ze werkelijk zijn en proberen bewust te zijn. Trachten dat kiezeltje te zijn dat in het water een enorme rimpeling veroorzaakt, zoals moeder Theresa ooit zei. Ik weet het ook allemaal niet. Zelf besef ik dondersgoed dat ik deze blog zit te tikken op een dure laptop en dat ik ook meer praat dan ik doe. Hoe machteloos staan we tegenover zulke zaken? We kunnen als individu vaak zo weinig en onze schamele bijdragen aan enkele goede doelen zijn vaak maar een druppel op een gloeiende plaat. Dat weten we best. Toch moeten we onze koppen niet in het zand steken en blijven geven. Daar waar we kunnen, op eigen wijze. En dat hoeft niet perse in geld. Tuurlijk kan ik best relativeren. Soms. De ene keer een beetje beter dan andere keren. Als ik bijvoorbeeld in de krant lees dat je tegenwoordig in Zweden bij veel bedelaars ook kunt pinnen. Tja, dan kom ik niet meer bij. 


Ik heb steeds dat liedje in m'n hoofd, het heet 'What the world needs now'. Het is wat zoetsappig maar de boodschap klopt natuurlijk wel. Ik ga naar de keuken en maak een kop kruidenthee. Het is theetijd, maar dan twaalf uur later. Ik zoek het nummer op Spotify. Burt Bacharach. Suiker in de thee is niet nodig. Geconcentreerd luister ik naar de tekst. Nou ja, erg diepzinnig is ie niet. Het zit hem meer in de sfeer, in de boodschap. De thee begint te werken of misschien is het Burt... De ontspanning verdrijft geleidelijk mijn Weltschmerz. Ik moet glimlachen bij een herinnering die plots bij me terugkomt.

Afgelopen week zag ik stomtoevallig op tv tijdens Maestro twee oud-klasgenoten een groot geldbedrag winnen. Nou ben ik tegen kansspelen, dat is iets dat ik in de loop der jaren ontwikkeld heb zeg maar. Terwijl ik de man - met wie ik ooit tijdens een werkweek nog eens gezoend heb - hoor zeggen dat ze het geld gaan besteden aan eigen slaapkamers voor hun kinderen weet ik dat zij dit geld goed konden gebruiken. Ach, best mooi eigenlijk. Uiteindelijk blijft het natuurlijk gewoon een kans op geluk. Maar ja, wat is dat eigenlijk. Is geld geluk? 

Ik mijmer nog een tijdje voor me uit en word ineens overvallen door een enorme moeheid. Ik ga terug naar bed, hang m'n badjas over een stoel en nestel me tegen mijn sereen slapende echtgenoot. Dit is het ware geluk. Dit is rijkdom. Met een tevreden glimlach val ik in een droomloze slaap.