woensdag 17 september 2014

Food of fout?

Vandaag werd ik uitgescholden. Niet voor hoer, homo, jood of Marokkaan. Dat vond ik wel weer een beetje jammer. Dit zijn namelijk de vier populairste scheldwoorden onder kinderen op scholen. Voor het meest gebezigde scheldwoord, Marokkaan, vond de jeugd haar inspiratie bij een van onze politici, zo bleek. 

Ja, dat kan allemaal in 2014. Ik vond het vroeger op school al heel wat als ik iemand uitmaakte voor poepchinees. Geen idee hoe dat aankwam bij de ontvanger. Ongetwijfeld niet goed. Zelf werd ik nooit uitgescholden. Als kind dan. Vanochtend had ik de primeur. Ik las een blog van iemand en daarin werd ik uitgemaakt voor quinoakut. Die bloggers van tegenwoordig. Dat doet maar! De betreffende blog was geplaatst onder de vlag van de VPRO dus ik was geneigd hem enigszins serieus te nemen. De beschimping trof me als een dolkstoot en ik verslikte me bijna in mijn komkommerwater. In het stuk hield de schrijver, Tim den Besten, een tirade tegen gezondheidfreaks. Quinoakutten zijn volgens hem 'mensen die bij voorkeur in het openbaar luidruchtig over superfoods praten. Het zijn dezelfde mensen die foto's van hun komkommerwater online delen met de wereld, het liefst voorzien van de hashtag #healthy'. Ik besefte dat ik zojuist een foto van mijn geitenyoghurtmoment had gedeeld op Facebook, als knipoog naar Paulien Cornelisse maar toch. Vanavond eten we quinoa met gegrilde mediterrane groenten en fetakaas. Alles biologisch ook nog. Laat het Tim maar niet horen!


Maar even in alle ernst. Tim is voor vrijheid van etensuiting en dat ben ik ook. Ik veroordeel niemand om wat hij of zij eet, maar ik frons wel regelmatig als ik om me heen kijk. Zelf kies ik graag voor de gezonde weg maar ik word ook heel gelukkig van stroopwafels en gevulde koeken. Het is dat er in München geen snackbars zijn maar toen we nog in Nederland woonden, aten we in het weekend regelmatig patat. Toen ze laatst in Amsterdam op een terras waar we een wijntje zaten te drinken stokvisbitterballen bleken te hebben, voelde ik me de koning te rijk. Bitterballen voor visetende vegetariërs: wat een vondst. Maar goed, ik heb daar geen uiteraard geen foto van gepost. Het zou mijn Facebook-vrienden maar jaloers maken. Nee, ik ben niet roomser dan de paus maar ik merk wel aan mijn lichaam dat ik me het beste voel bij een enigszins verantwoorde voedingsstijl. Als ik een paar dagen wat ongezonder eet, dan heb ik daar gewoon last van en dat hoeft niet. Ik maak gezonde keuzes door te luisteren naar mijn lichaam. 

Vorig jaar zag ik een keer een fotoreportage waarbij de fotograaf in 30 verschillende landen gezinnen had gefotografeerd, staand in of voor hun huis temidden van het eten dat ze in een week tijd consumeerden. 'What the world eats in a week'. Dat was een ontzettend fascinerende reportage. De kleurrijke overvloed van een Amerikaans gezin zag je weerspiegeld in de mensen zelf. Ergens verstopt tussen stapels kant en klaarproducten en XL-flessen frisdrank zag ik een stronkje broccoli. Ik betwijfelde of de mensen wisten hoe je dat klaar moet maken. Het stond in schril contrast met de karige voedselvoorraad van bepaalde gezinnen in armere landen en toch beschouw ik die mensen op een zekere wijze als rijker. De allerarmsten niet meegerekend uiteraard. Niemand zou moeten sterven door een tekort aan eten. Er zou echter ook niemand moeten sterven door verkeerd omgaan met eten. De voedingsindustrie in de westerse wereld is eigenlijk een soort maffia. Ze manipuleren erop los. Gelukkig kunnen wij zelf nog nadenken, hoewel veel mensen behoorlijk gehersenspoeld worden. 

Ik zie liever de mooie kleuren van verse groenten en fruit dan van al die opdringerige verpakkingen die je meer en meer in de supermarkten ziet. Dat vind ik een bijkomend voordeel van veel producten in biowinkels. De verpakkingen zijn vaak zo ingetogen en mooi. Ze vragen niet de aandacht van de consument door hun schreeuwende kleuren maar ze vallen op door hun creatieve ingetogen verpakkingen. Als je biologische thee koopt zijn de verpakkingen vaak kunstwerkjes op zich en er zit vaak een label met een mooie spirituele tekst aan je theezakje. Ik hou daar van. Je ziet dat er aandacht is besteed. 

Dat doe ik ook graag met het eten. Ik eet liever wat minder en iets goeds dan dat ik me volprop met allerlei rotzooi. Mijn lichaam is een tempel. De rijkdom in westerse landen leidt tot een bepaalde mate van armoe, dat is mijn stellige overtuiging. Wij verkeren echter in dusdanige rijkdom dat we kunnen kiezen. Daarom kies ik graag voor mezelf, door te kiezen voor goede voeding. En dat hoeft heus niet louter biologisch te zijn maar wel graag zoveel mogelijk zonder kunstmatige toevoegingen. Voorzichtig met suikers en koolhydraten. En ik stop met eten zodra ik merk dat ik genoeg heb. Voor mij geen after dinner dip. Liever een quinoakut dan een vuinisvat! 


dinsdag 16 september 2014

Van de hoed en de rand

Prinsjesdag 2014. Een prachtige Nederlandse traditie, waar ik, oranjegezind als ik ben, ieder jaar weer van smul. Met een kop Douwe Egberts koffie en een Albert Heijn stroopwafel zit ik voor de buis. Oh oh Den Haag, de Hofstad, uitgelaten en prachtig versierd. Blije landgenoten die langs de kant van de weg staan te wapperen met hun vlaggetjes. De ruiters en de paarden van de marechaussee, die keurig geborsteld en met verve hun taak uitvoeren. Ik hou helemaal niet zo van paarden maar op de derde dinsdag in september hou ik heel erg van paarden. Mijn persoonlijke hoogtepunt: de Gouden Koets. Ik hou helemaal niet van goud en ik weet ook dat het niet alles goud is dat er blinkt maar op die derde dinsdag in september hou ik heel erg van goud. Ik raak helemaal in vervoering van dat prachtige rijtuig dat herinnert aan de rijkdom in vroegere tijden. Daar zal binnenkort ook wel weer een discussie over komen maar daar hou ik me nu even niet mee bezig. In gedachten hoor ik het lied van Annie M. G. Schmidt, 'In een rijtuigie'. Ik wist niet dat nostalgie al op je 41e begon... Ik moet me in mijn enthousiasme bedwingen om niet terug te zwaaien naar het koningspaar. 

Het allermooiste moment vind ik echter als we Prinses Beatrix achter een raam naar haar zoon, de Koning, en naar haar schoondochter de Koningin zien zwaaien. Ik zie een olijke studente, ik zie een ondeugende oma, ik zie onze oude Koningin die jeugdiger oogt dan ooit, maar ik zie vooral een moeder, die straalt van trots. Een gouden moment. 

Bij het Wilhelmus, twee keer maar liefst, zet ik het volume wat harder, ga ik als vanzelf staan en krijg ik standaard een brok in m'n keel. Bij het binnengaan van de Ridderzaal stel ik vast dat de regering eindelijk weer eens zichtbaar is. In letterlijke zin dan. De hoedjes zijn dit jaar wat kleurloos, een beetje flets. Misschien wel tekenend. Terwijl ik mijn blik door die mooie Ridderzaal laat gaan, constateer ik dat lang niet alle dames een hoedje dragen. Wat is dit? Zetten we naast Zwarte Piet en onze principes nu ook al de hoedjes op Prinsjesdag bij het grof vuil? De dames die hiervoor hebben gekozen, geven zo toch een verkeerd signaal af? Wat een kut-ontwikkeling! Sinds de welbespraakte en altijd correcte Ferry Mingelen vorige week op televisie zei dat Frans Timmermans een kutbaan tegemoet kan zien in Brussel, hou ik me niet meer in. 

De inhoud van de Troonrede krijg ik altijd maar half mee, meestal afgeleid door alle pracht en praal. Bovendien wordt daarin vaak bevestigd dat het niet allemaal goud is dat er blinkt en daar wens ik me op deze dag graag verre van te houden. Laat mij maar even op m'n oranje wolk. Ik ben op deze dag meer van de traditie dan van het geld. Van de Miljoenennota snap ik geen jota. Nou ja, dat is bezijden de waarheid maar het interesseert me gewoon iets minder. 

Op de valreep hoor ik nog een interview met Halbe Zijlstra, onze staatssecretaris voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen. Op de vraag wat hij vond van het feit dat de Troonrede dit jaar veel internationaler was, antwoordt hij dat de Koning het mooi verwoord had. Mooi verwoord?? We weten toch allemaal dat onze Koning die rede alleen maar voorleest... Iets waar ik uiteraard best een mening over heb, maar het is niet kies om die op Prinsjesdag zelf te uiten. Let's not spoil the fun. 

De verslaggeefster vraagt vlak voor ik de televisie uitzet nog aan een minister of deze regering eigenlijk niet uitgeregeerd is. Uitgeregeerd... Dat werkwoord vind ik wat ongelukkig gekozen. Teveel eer, te weinig regeer. Uitgerangeerd, dat eerder. Vanwege mijn lichte allergie voor de parlementair journalisten die na afloop als een stel dolle stieren beginnen met hun beraadslagingen, doe ik de televisie altijd zo snel mogelijk weer uit. Ik lees het wel in de krant. Mijn Prinsesjesdagmoment van 2014 is het beeld van die zwaaiende prinses, die trotse moeder, onze fijne oud-Koningin. Zonder hoedje. Maar zij mocht dat. Voor haar neem ik mijn hoed diep af. 


En terwijl ik in de keuken de ketel vul met water, denk ik nog even terug aan het beeld van een elfjarige prins Willem Alexander die tijdens een persmoment naar de camera's roept: "Alle Nederlandse pers opgerot". Vrijheid van meningsuiting is een groot goed! 

donderdag 11 september 2014

Koffie met Kees

Vandaag kwam Kees op de koffie. Dat was bijzonder voor me. In Bayern zit bij elkaar op de koffie gaan niet echt in de cultuur. Het is een van de dingen die ik hier juist mis. Bijkletsen onder het genot van een bak koffie en een koekje. Gezellig. Ik probeer mijn buurvrouwen natuurlijk wel eens te verleiden met cappuccino's en stroopwafels maar die hebben liever dat ik cocktails serveer. 

Vanochtend serveerde ik dus gewone koffie met krakelingen. Voor Kees. Kees was de vriend van mijn broer. De laatste keer dat we elkaar zagen is 29 jaar geleden. Dat was op mijn broer z'n begrafenis. Mijn broer is verongelukt op z'n motor. Hij was bijna 20. Motorrijden was de passie die Bert en Kees deelden. En ik? Ik was het kleine, veel jongere zusje dat enorm opkeek tegen die twee. 

Ik heb vaak aan Kees gedacht en hij ongetwijfeld aan mij. Iedereen verwerkt verdriet op z'n eigen manier en vaak zoek je het liever niet op. Dat is eng. Doodeng. En ineens is het bijna dertig jaar later. De zomer voor Bert z'n dood maakten de twee samen met vrienden een motortocht door Europa. Ik denk dat dat een van de gelukkigste momenten in Bert's leven was. 

Kees is nu motoragent. Afgelopen week maakte Kees een motortocht door Europa. Alleen. Zijn vrouw kon niet mee omdat ze moest werken. Bert kon niet mee omdat hij dood is. Kees rijdt een BMW. Mijn man werkt voor BMW. Gelukkig heeft mijn man niets met motoren. Ik heb motoren bijna 30 jaar gemeden. Mist en motoren, mijn achilleshiel. Twee elementen die de niet te negeren associatie met Bert's dood bij me oproepen. Na wat contact via Facebook lag het voor de hand dat Kees langs zou komen. Bij ons. In München. Op de terugweg van zijn motortocht. 

Ik keek ernaar uit Kees weer te zien. Ik zag er tegenop Kees weer te zien. Een schim uit het verleden. Het was gezellig. Het voelde vertrouwd. We hoefden het niet perse te hebben over vroeger maar gingen het onderwerp niet krampachtig uit de weg. In drie uur tijd bespraken we bijna 30 levensjaren. Ik probeerde de 'wat als-gedachte' weg te drukken. Dat lukte best goed. 

Toen Kees weer wegging, stonden we voor ons huis nog wat te praten. Mijn hand lag ontspannen op de tank van zijn motor. De geur van het leer en de benzine bracht me terug naar vroeger. Dat was een fijne tijd. Het voelde goed. "Goh, wat lijk je toch op hem Trijneke, een gezicht jullie", zei Kees. De schim uit het verleden maakte plaats voor zon. Wat was ik trots! "Tot ziens in Nederland" zeiden we. Terwijl Kees wegreed op z'n motor glimlachte ik, een stuk lichter. Alles heeft z'n tijd. 




woensdag 3 september 2014

Stel je voor, er komt oorlog...

Stel je voor, er komt oorlog en niemand gaat er naar toe. Vroeger hing er bij ons thuis op het toilet een lilla affiche met deze tekst. Op de poster stond een klein meisje afgebeeld dat in haar blootje met een emmertje over het strand loopt. Zo'n poster zou tegenwoordig niet meer kunnen. 


Wat tegenwoordig wel kan, is dat er een hele generatie ouderen in de kou wordt gezet, dat er miljoenen aan premies en gouden handdrukken verdwijnen in de zakken van incapabele, harteloze hotemetoten. Dat het culturele erfgoed dat we hebben niet op waarde wordt geschat en ten gronde wordt gericht. Dat er ongemeen zwaar wordt gekort op kunst terwijl een transfersom van 80 miljoen voor een spugende voetballende snotaap door een voetbalclub zonder blikken of blozen wordt opgehoest. In een land dat het zwaarst werd getroffen door de crisis nota bene. Zal ik nog even doorgaan? Ik zou moeiteloos deze hele blog kunnen vullen met talloze misstanden die je op z'n minst doen fronsen.  

De afschuw en het ongeloof waren gisteren ongetwijfeld bij velen van ons op het gezicht te lezen, toen we op televisie zagen dat er weer een journalist werd ingezet als wapen in de strijd tussen IS en Amerika. Was dit wel echt? Ja, dat was echt, levensecht! Vanochtend stond ik op met het bericht dat er een bestand zou zijn tussen Rusland en Oekraïne. Hoopvol las ik erover. Was dat echt? Nee, zo bleek enkele uren later. Een geval van miscommunicatie. 

Miscommunicatie... ik denk dat dat de ziekte is waar de wereld momenteel aan ten onder gaat. Echt! Terwijl mensen elders in de wereld, maar veel minder ver van ons bed dan we zouden moeten willen, elkaar afmaken, hebben we echter gewoon nog de tijd en energie om ons druk te maken over onze veiligheid in de iCloud. Zijn de tieten van die actrice annex model, annex zangeres annex vriendinnetje van omhooggevallen tieneridool echt? Ja, warempel, want op de foto bij die premiere zie je ook twee moedervlekken in haar decolleté. Pffff....... Als jullie in de toekomst onverwachts een blootfoto van mij onder ogen krijgen, dan geniet je daar maar lekker van. 

Echt. Ik maak me druk over heel andere zaken. Onlangs zag ik een expositie over vrede in de wereld. ('the good cause: architecture of peace-divided cities') Aan een wand hing een grote wereldkaart met daarop in rood aangegeven welke brandhaarden er zijn (geweest) sinds de Tweede Wereldoorlog. Die kaart was erg rood. Te rood. Ik schrok ervan. In een confronterend overzicht zag ik in een oogopslag hoe droevig het gesteld is met de wereld. We hebben niets geleerd. Uiteraard voelt het voor een Nederlander nog altijd wat ongemakkelijk om in zo'n Duits museum te lezen over alle vredesmissies die Duitsland uitvoert, maar dat terzijde. 

Echt... ik hoop dat mensen hun verstand blijven gebruiken en zich inleven in plaats van zich uitleven. Dat menselijkheid, medemenselijkheid en compassie in de toekomst geen vreemde woorden worden. Dat de heersers met elkaar in gesprek komen, ineens het licht gaan zien en nader tot elkaar komen. 

Terug naar dat toilet. Naast de poster hing een bos droogbloemen. Dat was in een tijd dat idealen nog geen plaats gemaakt hadden voor geld. De tijd van het gebroken geweertje, dat wij, of onze ouders massaal naar het Malieveld in Den Haag gingen om te protesteren tegen de wapenwedloop. Tegenwoordig ziet de burgemeester van diezelfde stad zich genoodzaakt tot het instellen van een demonstratieverbod omdat de actievoerders nog explosiever lijken dan de bom waartegen dertig jaar geleden zo fel gedemonstreerd werd. 

De dromen en idealen van veel mensen zijn inmiddels net zo verdord als de bloemen op dat toilet. En de mensen met visie en hart voor de goede zaak zitten zelden aan de top. Gelukkig zijn er uitzonderingen en die geven hoop. Een goed hart en een goed hoofd zijn altijd een formidabele combinatie, zei Nelson Mandela. En dat klopt. Maar ook een zeldzame. Mensen die anders denken, en ook durven doen. Die hun nek uitsteken voor de goede zaak. Die aanschoppen tegen gevestigde ordes en hegemonieën. 

Wij kunnen daar allemaal op onze eigen wijze aan bijdragen. Daar hoef je niet zo ambitieus voor te zijn. Gewoon, door te beginnen bij jezelf. Wat is nou werkelijk van belang voor je? De consumptiemaatschappij heeft ons niet veel geluk gebracht. Voor even, misschien. En nu betalen we de prijs. Zijn ethische waarden niet veel belangrijker? Laten we onze idealen voor ogen houden. Dat kan heel breed zijn. Niet alleen vrede, liefde, vrijheid maar ook schoonheid. In de natuur, in boeken, muziek, kunst... Helaas leest Poetin mijn blog niet. Maar ook dan, ik vrees dat 'ie er weinig van op zou steken. Het kan geen kwaad even stil te staan en na te denken over wie en wat er nou werkelijk toe doet. Als we oog blijven houden voor de dingen die het leven zo waardevol maken, de dingen en de mensen, is ons leven veel mooier. En als we daarnaast iedere dag iets goed doen voor een ander, is dat geen druppel op de gloeiende plaat maar een mooi begin. Er is oorlog. En we gaan er niet naartoe.